Publicatiereeks

De Publicatiereeks is een handreiking voor bedrijven die gevaarlijke stoffen produceren, transporteren, opslaan of gebruiken en voor overheden die zijn belast met de vergunning- verlening en het toezicht op deze bedrijven.

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen

Op basis van de actuele stand der techniek wordt een overzicht gegeven van voorschriften, eisen, criteria en voorwaarden, die kunnen worden toegepast bij vergunningverlening, het opstellen van algemene regels en het toezicht op deze bedrijven. In de publicatiereeks wordt zoveel mogelijk op integrale wijze aandacht besteed aan arbeidsveiligheid, milieuveiligheid en brandveiligheid.

Voorheen werden nieuwe publicaties opgesteld in opdracht van de ministeries van I&M, SZW en V&J. Eerst als producten van de Commissie Preventie van Rampen door Gevaarlijke Stoffen (CPR) en vanaf 2005 onder de naam PGS.

Op de website van PublicatieReeksGevaarlijke Stoffen (PGS)

publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl vindt u meer informatie.

Bent u documenten/protocollen nodig naar aanleiding van de PGS-reeks dan helpen wij u graag. Mail naar info@safetyanalyse.nl of bel direct 085 0700895.

Safety Analyse kan u helpen bij problemen met het opstellen van de PGS documenten.

safety analyse publicatiereeks gevaarlijke stoffen

 

Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen

PGS 1 Methoden voor het bepalen van mogelijke schade

Methoden voor het bepalen van mogelijke schade*

Aan mensen en goederen door het vrijkomen van gevaarlijke stoffen

In deze publicatie (ook bekend als het ‘groene boek’) worden schademodellen gepresenteerd ten behoeve van het bepalen van mogelijke schade aan mensen en goederen door het vrijkomen van gevaarlijk stoffen. Aan het hanteren van de schademodellen zal over het algemeen het toepassen van zogenaamde effectmodellen voorafgaan. Met behulp van schademodellen kunnen de berekende effecten worden omgerekend naar schade aan mensen of goederen. Tezamen vormden het ‘rode boek’ (PGS 4: kansen), het ‘gele boek’ (PGS 2: effecten), het ‘paarse boek’ (PGS 3: Kwantitatieve Risico Analyse)  en het ‘groene boek’ (PGS 1: schade) de reeks standaardwerken ten behoeve van risicoanalyses.

* Belangrijk hierbij is dat de systematiek van de voorgeschreven risico analyse in Nederland de afgelopen jaren is gewijzigd. Het gebruik van het rekenpakket SAFETI-NL is nu voorgeschreven voor het berekenen van de externe veiligheidsrisico’s van een inrichting met gevaarlijke stoffen. Samen met de Handleiding Risicoberekeningen Bevi vervangt dit pakket de gekleurde boeken (PGS 1 t/m 4).

De gekleurde boeken worden in principe niet meer geactualiseerd, maar blijven voorlopig beschikbaar als historisch naslag werk. Meer informatie over SAFETI-NL en de bijbehorende Handleiding vindt u op www.rivm.nl.

publicaties/PGS1.html

PGS 2 Methods for the calculation of physical effects (yellow book)

Methods for the calculation of physical effects

In deze publicatie (ook bekend als het ‘gele boek’) worden effectmodellen gepresenteerd ten behoeve van het bepalen van mogelijke effecten door het vrijkomen van gevaarlijk stoffen. Tezamen vormden het ‘rode boek’ (PGS 4: kansen), het ‘gele boek’ (PGS 2: effecten), het ‘paarse boek’ (PGS 3: Kwantitatieve Risico Analyse)  en het ‘groene boek’ (PGS 1: schade) de reeks standaardwerken ten behoeve van risicoanalyses.

* Belangrijk hierbij is dat de systematiek van de voorgeschreven risico analyse in Nederland de afgelopen jaren is gewijzigd. Het gebruik van het rekenpakket SAFETI-NL is nu voorgeschreven voor het berekenen van de externe veiligheidsrisico’s van een inrichting met gevaarlijke stoffen. Samen met de Handleiding Risicoberekeningen Bevi vervangt dit pakket de gekleurde boeken (PGS 1 t/m 4).

De gekleurde boeken worden in principe niet meer geactualiseerd, maar blijven voorlopig beschikbaar als historisch naslag werk. Meer informatie over SAFETI-NL en de bijbehorende Handleiding vindt u op www.rivm.nl.

publicaties/PGS2.html

PGS 3 Guidelines for quantitative risk assessment (purple book)

Guidelines for quantitative risk assessment

In deze publicatie (ook bekend als het ‘paarse boek’) worden rekenmethoden beschreven voor het uitvoeren van risicoberekeningen. Tezamen vormden het ‘rode boek’ (PGS 4: kansen), het ‘gele boek’ (PGS 2: effecten), het ‘paarse boek’ (PGS 3: Kwantitatieve Risico Analyse)  en het ‘groene boek’ (PGS 1: schade) de reeks standaardwerken ten behoeve van risicoanalyses.

* Belangrijk hierbij is dat de systematiek van de voorgeschreven risico analyse in Nederland de afgelopen jaren is gewijzigd. Het gebruik van het rekenpakket SAFETI-NL is nu voorgeschreven voor het berekenen van de externe veiligheidsrisico’s van een inrichting met gevaarlijke stoffen. Samen met de Handleiding Risicoberekeningen Bevi vervangt dit pakket de gekleurde boeken (PGS 1 t/m 4).

De gekleurde boeken worden in principe niet meer geactualiseerd, maar blijven voorlopig beschikbaar als historisch naslag werk. Meer informatie over SAFETI-NL en de bijbehorende Handleiding vindt u op www.rivm.nl.

publicaties/PGS3.html

PGS 4 Methods for determining and processing probabilities (red book)

Methods for determining and processing probabilities

In deze publicatie (ook bekend als het ‘rode boek’) worden methoden beschreven voor het bepalen van ongevalscenario’s met bijbehorende kansen en hoe hier mee om te gaan (statistiek). Tezamen vormden het ‘rode boek’ (PGS 4: kansen), het ‘gele boek’ (PGS 2: effecten), het ‘paarse boek’ (PGS 3: Kwantitatieve Risico Analyse)  en het ‘groene boek’ (PGS 1: schade) de reeks standaardwerken ten behoeve van risicoanalyses.

* Belangrijk hierbij is dat de systematiek van de voorgeschreven risico analyse in Nederland de afgelopen jaren is gewijzigd. Het gebruik van het rekenpakket SAFETI-NL is nu voorgeschreven voor het berekenen van de externe veiligheidsrisico’s van een inrichting met gevaarlijke stoffen. Samen met de Handleiding Risicoberekeningen Bevi vervangt dit pakket de gekleurde boeken (PGS 1 t/m 4).

De gekleurde boeken worden in principe niet meer geactualiseerd, maar blijven voorlopig beschikbaar als historisch naslag werk. Meer informatie over SAFETI-NL en de bijbehorende Handleiding vindt u op www.rivm.nl.

publicaties/PGS4.html

PGS 5 Stoffendatabase Serida (ingetrokken) 

Stoffendatabase SERIDA

De SERIDA database (PGS5) wordt niet meer geactualiseerd. In overleg met VROM heeft RIVM besloten om deze database niet langer beschikbaar te stellen. Als alternatief kunt op de website van het RIVM het zoeksysteem gebruiken om de risico’s van gevaarlijke stoffen op te zoeken.

SERIDA was een stoffenbestand waarin onder andere de fysische en toxicologische kenmerken van een groot aantal gevaarlijke stoffen waren samengebracht. Een bedrijf of vergunningverlenende overheid kon deze gegevens gebruiken om vast te stellen of de eisen van het Besluit Risico’s zware ongevallen (BRZO) van toepassing waren. De SERIDA database werd ook aangeduid als deel 5 uit de Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen (PGS5). In de Staatscourant van 4 december 2007 is gepubliceerd dat de PGS5 is ingetrokken.

publicaties/PGS5.html

PGS 6 Aanwijzingen voor implementatie van het Brzo 2015

Aanwijzingen voor implementatie van het Brzo 2015

De PGS 6 is bedoeld om de regels toe te lichten, zoals die in het Besluit risico’s zware ongevallen 2015 en de daarbij horende Regeling risico’s zware ongevallen zijn vastgelegd en die betrekking hebben op de verplichtingen voor bedrijven. Het gaat onder andere in op het veiligheidsrapport en het veiligheid managementsysteem. Voor alle actuele informatie met betrekking tot de uitvoering van het Brzo kunt u terecht op https://brzoplus.nl/

In de PGS 6 wordt op enkele plaatsen ook verwezen naar informatie en documenten op deze website.

publicaties/PGS6.html

PGS 7 Vaste minerale anorganische meststoffen – Opslag

Vaste minerale anorganische meststoffen – Opslag

Richtlijn voor de veilige opslag van vaste minerale anorganische meststoffen

De publicatie geeft richtlijnen voor de opslag van vaste minerale anorganische meststoffen. Belangrijke wijziging ten opzichte van de eerdere publicatie is dat de indeling van vaste minerale anorganische meststoffen is gebaseerd op de UN Recommendations on the Transport of Dangerous Goods, Model Regulations (2005). Tevens zijn elementen uit de bedrijfsinterne richtlijn van de EFMA opgenomen en is aandacht besteed aan de security-problematiek rondom genoemde meststoffen.

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.

publicaties/PGS7.html

PGS 8 Organische peroxiden – Opslag

Organische peroxiden: Opslag

Richtlijn voor het veilig opslaan van organische peroxiden

In december 2011 is een nieuwe versie verschenen van PGS 8. De publicatie gaat in op de gevaareigenschappen en classificatie van organische peroxiden en geeft richtlijnen en eisen voor een veilige opslag en het beperken van eventuele effecten. Er is ook een Engelse versie beschikbaar.

De CPR 3 richtlijn is in 2005 zonder wijziging omgezet naar PGS 8.

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.

publicaties/PGS8.html

PGS 9 Cryogene gassen – Opslag van 0,150 m3 – 100 m3

Cryogene gassen – Opslag van 0,150 m3 – 100 m3

Richtlijn voor de veilige opslag van cryogene gassen

Deze publicatie bevat voorschriften voor de arbeidsveilige, milieuveilige en brandveilige opslag van  de cryogene gassen zuurstof, stikstof, argon, kooldioxide, helium en lachgas.

De voorgaande versie (2005) bevatte alleen voorschriften voor zuurstof met een ondergrens van 0,45 m3. De interne veiligheidsafstanden zijn nu her berekend door het RIVM in opdracht van de PGS-beheerorganisatie. Voor de meeste gevallen zijn de interne veiligheidsafstanden kleiner geworden. Tevens zijn er extra eisen gesteld aan de omgeving, ruimtelijke indeling van de opslagvoorziening en aan de fundatie.

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.

publicaties/PGS9.html

PGS 10 Vloeibaar zwaveldioxide: opslag en gebruik

Vloeibare zwaveldioxide: opslag en gebruik

De oorspronkelijke CPR 6 richtlijn is in 2005 zonder wijziging omgezet naar PGS 10. De publicatie gaat in op de gevaar eigenschappen van zwaveldioxide en geeft richtlijnen en eisen voor een veilige opslag en gebruik en het beperken van eventuele effecten.

publicaties/PGS10.html

PGS 11 Chloor: opslag en gebruik (eind 2006 ingetrokken)

Chloor

Opslag en gebruik

Eind 2006 is PGS 11 ingetrokken, nadat het kabinet heeft geconcludeerd dat de chloorketen goed georganiseerd is en er geen aanvullende eisen en voorschriften nodig zijn. De betreffende bedrijven kunnen daarbij ook gebruik maken van documenten van de Europese brancheorganisatie van de chloorkali-industrie, Euro Chlor. Deze documenten zijn ook de grondslag voor Europese regels voor de chloorkali-industrie.

publicaties/PGS11.html

PGS 12 Ammoniak – Opslag en verlading

Ammoniak – Opslag en verlading

Richtlijn voor het veilig opslaan en verladen van ammoniak

De publicatie gaat in op de gevaareigenschappen van ammoniak en geeft richtlijnen en eisen voor een veilige opslag en verlading van ammoniak en het beperken van eventuele effecten.

Het betreft opslag onder druk in zowel cilinders als bollen als in gekoelde atmosferische tanks waarbij geen ondergrens of bovengrens voor het volume van de opslag van ammoniak wordt gesteld.

De belangrijkste veranderingen bij de herziene PGS 12 zijn:

bij grootschalige opslag kan op basis van risk based inspection alternatieve inspectie methoden worden gebruikt;

uniformeren voorschriften van verschillende verladingsmodaliteiten zijn nu mede op basis van Fertilizers Europe Guidance documenten.

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.

publicaties/PGS12.html

PGS 13 Ammoniak als koudemiddel in koelinstallaties en warmtepompen

Ammoniak als koudemiddel in koelinstallaties en warmtepompen

Richtlijn voor veilig gebruik van ammoniak als koudemiddel in koelinstallaties en warmtepompen

Deze Publicatie geeft richtlijnen voor de toepassing van ammoniak als koudemiddel voor koelinstallaties en warmtepompen. De richtlijn volgt zo veel mogelijk de Europese norm op dit gebied, namelijk de EN 378:2008, getiteld ‘Koelsystemen en warmtepompen – Veiligheid- en milieueisen’. Deel 2 van EN 378:2008 ondersteunt de essentiële veiligheidseisen uit de Europese Richtlijn voor Drukapparatuur (PED) en de Nederlandse implementatie daarvan in het Warenwetbesluit drukapparatuur. Daar waar nationale regelgeving, inzichten en aanvullingen afwijken van de Europese norm zijn deze als voorschrift in deze publicatie opgenomen.

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.

publicaties/PGS13.html

PGS 14 Handboek brandbestrijdingssystemen

Handboek brandbestrijdingssystemen

(te hanteren naast PGS 15: Opslag van verpakte gevaarlijke stoffen)

Deze publicatie heeft tot doel de grote hoeveelheid aan kenmerken van de verschillende brandbestrijdingssystemen toegankelijker en beter hanteerbaar te maken, met name de gedeelten met betrekking tot blusinstallaties. Tevens wordt duidelijk gemaakt welke keuringsnormen het beste kunnen worden gehanteerd. Dit handboek dient derhalve naast de PGS 15 te worden gehanteerd, en stelt zowel diegene die de eisen stelt en goedkeuring moet verlenen als degene die verantwoordelijk is voor het ontwerp beter in staat de juiste keuzes te maken, die uiteindelijk moeten leiden tot een optimale brandbeveiliging van elk specifiek object.

publicaties/PGS14.html

PGS 15 Opslag van Opslag van verpakte gevaarlijke stoffen

Richtlijn voor opslag en tijdelijke opslag met betrekking tot brandveiligheid, arbeidsveiligheid en milieuveiligheid

In deze publicatie zijn de regels opgenomen voor de opslag van verpakte gevaarlijke stoffen en CMR-stoffen waarmee een aanvaardbaar beschermingsniveau voor mens en milieu wordt gerealiseerd. Voor de bepaling van het vereiste beschermingsniveau is uitgegaan van de huidige stand der techniek die geldt voor de bouwkundige uitvoering van opslagvoorzieningen, brandbestrijdingssystemen en arbeidsmiddelen.

PGS 2015:2011 was slechts gedeeltelijk geactualiseerd. Met deze versie is een aantal jaar ervaring opgedaan. Op basis van deze ervaring en de nieuwste stand der techniek is in september 2016 een nieuwe PGS 15 gepubliceerd. Met deze actualisatie is ook beter voldaan aan de wens om voorschriften eenduidig en zonder interpretatieruimte op te schrijven. Ook is generiek voorzien in de mogelijkheid tot het gemotiveerd afwijken waardoor niet meer per voorschrift is aangegeven of dit wel of niet is toegelaten.

Bij deze actualisatie zijn tevens twee nieuwe beschermingsniveaus geïntroduceerd: 2a en 4.

Op deze pagina vindt u ook de Handreiking voor het opstellen van een Uitgangspunten Document (UPD) voor Vastopgestelde Brandbeheersings- en Brandblussystemen (VBB-systemen). Dit document heeft als doel om de gebruiker te helpen bij het opstellen van een UPD. De handreiking is gebaseerd op PGS 15, 2016 versie 1.0 (september 2016) en sluit ook aan bij de UPD-voorschriften van deze richtlijn. Een UPD kan ook bij andere PGS-richtlijnen worden gebruikt. Vooral hoofdstuk 7 biedt aanknopingspunten om het UPD breder toe te passen.

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.

publicaties/PGS15.html

PGS 16 LPG: Afleverinstallaties, vulinstallaties en skid-installaties

Richtlijn voor het veilig opslaan en afleveren van LPG en het veilig vullen van gasflessen en ballonvaarttanks, ingebouwde reservoirs en wisselreservoirs met vulinstallaties

In PGS 16 zijn regels opgenomen voor LPG afleverinstallaties waarmee een aanvaardbaar beschermingsniveau voor mens en milieu wordt gerealiseerd. In deze publicatie zijn nieuwe ontwikkelingen, zoals het Heavy-Duty afleveren verwerkt. De richtlijn is nu ook van toepassing op bedrijfsinstallaties waar de doorzet meer dan 50m3/jaar bedraagt.

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.   LPG: Afleverinstallaties, vulinstallaties en skid-installaties .

publicaties/PGS16.html

PGS 17 LPG: tankwagens

LPG: Afleverinstallaties, vulinstallaties en skid-installaties

Richtlijn voor het veilig opslaan en afleveren van LPG en het veilig vullen van gasflessen en ballonvaarttanks, ingebouwde reservoirs en wisselreservoirs met vulinstallaties

In PGS 16 zijn regels opgenomen voor LPG afleverinstallaties waarmee een aanvaardbaar beschermingsniveau voor mens en milieu wordt gerealiseerd. In deze publicatie zijn nieuwe ontwikkelingen, zoals het Heavy-Duty afleveren verwerkt. De richtlijn is nu ook van toepassing op bedrijfsinstallaties waar de doorzet meer dan 50m3/jaar bedraagt.

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.

publicaties/PGS17.html

PGS 18 LPG: depots

Butaan, propaan en hun mengsels

In deze richtlijn wordt ingegaan op technische en op organisatorische maatregelen ten aanzien van LPG-depots. Brand en ontploffing vormen een wezenlijk gevaar van de opslag en overslag van LPG. Wanneer het onder druk staande product door defecten in de installatie ontsnapt, kan het met lucht gemengd, een explosief gasmengsel vormen dat door zeer kleine energiehoeveelheden kan worden ontstoken. Naarmate grotere hoeveelheden LPG zijn ontsnapt, worden de gevolgen van een mogelijk daarop volgende brand of explosie ernstiger. Deze richtlijn geeft eisen aan de inrichting, het ontwerp, de constructie, de bedrijfsvoering, het onderhoud en de reparatie van een depot.

De oorspronkelijke CPR 8-3 richtlijn is zonder wijziging omgezet in PGS 18:2005.

publicaties/PGS18.html

PGS 19 Propaan – Opslag

Richtlijn voor de veilige opslag van propaan, propeen en butaan en mengsels daarvan

Deze publicatie is in eerste instantie van toepassing op de opslag van propaan in stationaire reservoirs met een inhoud vanaf 0,15 m3. Het heeft betrekking op de gehele propaaninstallatie, van opslag en verdamper tot leidingen en appendages tot aan de gevel van het gebouw, woningen of bedrijfsruimte waar de leidingen naar binnen gaan.

In aanvulling daarop is het mogelijk deze richtlijn te gebruiken als basis voor afwijkende situaties.

Een speciale categorie vormen de stationaire reservoirs op verplaatsbare onderstellen die op bouwterreinen worden gebruikt. De richtlijn is ook op die reservoirs van toepassing.

Ook geldt de richtlijn zowel voor gasafname- als vloeistofafname-installaties.

Het lossen van de tankwagen wordt in deze publicatie behandeld, maar het laden van de tankwagen en de eisen die aan de tankwagen zelf worden gesteld, worden niet in deze publicatie behandeld.

De publicatie is niet primair bedoeld voor bedrijven die onder het Besluit risico’s zware ongevallen 1999 (Brzo ‘99) vallen. Voor wat betreft de technische integriteit van een reservoir kunnen de Brzo-bedrijven zich zonder meer conformeren aan deze publicatie.

De richtlijn vervangt PGS 19:2008. PGS 19:2008 verving ook PGS 20 en 21. Om toepassing van verouderde regelgeving en strijdigheid met nu geldige wettelijke bepalingen te voorkomen is van belang dat een pragmatische aanpak wordt gehanteerd. Dat wil zeggen dat bij het houden van toezicht op de naleving van vergunningen waar naar oudere versies van PGS 19, 20 of 21 wordt verwezen, waar mogelijk de geactualiseerde richtlijn wordt gebruikt.

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.

publicaties/PGS19.html

PGS 20 Propaan: opslag (vervallen)

Propaan (5 m3)

Opslag van propaan en butaan in stationaire bovengrondse reservoirs met een inhoud groter dan 0,15 m3 en ten hoogste 5 m3

Deze publicatie (eerder CPR 11-2) is ingetrokken en opgenomen in de laatste versie van PGS 19 [PGS19: 2008 versie 0.1 (2-2009)].

publicaties/PGS20.html

PGS 21 Propaan: opslag (vervallen)

Propaan

Opslag van propaan en butaan in stationaire bovengrondse-, ondergrondse- en terpreservoirs met een inhoud groter dan 5 m3 en ten hoogste 150 m3

Deze publicatie (eerder CPR 11-3) is ingetrokken en opgenomen in de laatste versie van PGS 19.

publicaties/PGS21.html

PGS 22 Propaan: toepassing in wegenbouw- en onkruidbestrijdingsmachines

Toepassing van propaan

Richtlijn voor de brandveilige, arbeidsveilige en milieuveilige toepassing van propaan

Deze richtlijn heeft betrekking op bedrijfsmatige toepassing van propaan in diverse situaties, in veel gevallen buiten inrichtingen in de zin van de Wet milieubeheer. De eisen uit deze richtlijn worden daarom vaak middels de arbeidsomstandighedenwetgeving, de APV of anderszins op een activiteit van toepassing verklaard.  De publicatie volgt voornamelijk een benadering waarbij het in stand houden van de technische integriteit van de installatie vooropstaat, waar verantwoordelijkheden in de keten zijn vastgelegd en waarbij de dagelijkse veilige bedrijfsvoering is gewaarborgd middels een duidelijk stelsel van middelvoorschriften.

publicaties/PGS22.html

PGS 23 LPG: Vulstations voor flessen en ballonvaarttanks

LPG: Vulstations voor flessen en ballonvaarttanks

Butaan, propaan en hun mengsels

In deze richtlijn wordt ingegaan op technische en op organisatorische maatregelen ten aanzien van LPG vulstations voor flessen en ballonvaarttanks. Brand en ontploffing vormen een wezenlijk gevaar van de opslag en het vullen van flessen. Wanneer het onder druk staande product door defecten in de installatie ontsnapt, kan het met lucht gemengd, een explosief gasmengsel vormen dat door zeer kleine energiehoeveelheden kan worden ontstoken. Naarmate grotere hoeveelheden LPG zijn ontsnapt, worden de gevolgen van een mogelijk daarop volgende brand of explosie ernstiger. Deze richtlijn geeft eisen aan de inrichting, het ontwerp, de constructie, de bedrijfsvoering, het onderhoud en de reparatie van een LPG-flessenvulinrichting.

De oorspronkelijke CPR 11-5 richtlijn is 2005 zonder wijziging omgezet in PGS 23:2005.

publicaties/PGS23.html

PGS 24  Propaan: vulstations voor spuitbussen (vervallen)

Propaan

Vulstations voor spuitbussen met propaan, butaan en dimethyl-ether als drijfgas

De oorspronkelijke CPR 11-6 richtlijn uit 1997 is in 2005 zonder wijziging omgezet in PGS 24. De richtlijn is echter sterk verouderd en voldoet niet aan de laatste stand der techniek. Op basis van rapporten en discussies is besloten om PGS 24 niet langer te actualiseren en de versie uit 1997 in te trekken. Het belangrijkste argument hiervoor is het geringe aantal bedrijven dat binnen het toepassingsgebied van PGS 24 valt.

De richtlijn was van toepassing op de gehele inrichting voor het vullen van spuitbussen met als drijfgas butaan, propaan en andere brandbare drijfgassen. Hieronder werd ook gerekend de vulplaats bij het kleinschalig vullen van spuitbussen ten behoeve van verf.

De ingetrokken versie PGS 24:1997 blijft beschikbaar op de website als naslag voor bestaande vergunningen.

publicaties/PGS24.html

PGS 25  Aardgas afleverinstallaties voor motorvoertuigen

Aardgas-afleverinstallaties voor motorvoertuigen

Richtlijn voor de arbeidsveilige, milieuveilige en brandveilige toepassing van installaties voor het afleveren van aardgas aan motorvoertuigen

In oktober 2009 is een nieuwe PGS 25 beschikbaar gekomen.

De richtlijn is opgesteld ter vervanging van de PGS 25 uit 2005 en PGS 27 ‘Gecomprimeerd aardgas – installaties voor het inpandig afleveren aan motorvoertuigen‘.

In oktober 2011 is een nieuwe versie van PGS 25:2009 beschikbaar gekomen. Deze versie is op een paar punten gecorrigeerd. De wijzingen zijn op pagina 2 te vinden.

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.

publicaties/PGS25.html

PGS 26  CNG en LNG – Stallen, onderhouden en repareren van motorvoertuigen

CNG en LNG

Richtlijn voor het veilig bedrijfsmatig stallen, onderhouden en repareren van motorvoertuigen

PGS 25, 26 en 27 worden in samenhang herzien. PGS 27 (inpandige aflevering) wordt opgenomen in PGS 25.

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.

publicaties/PGS26.html

PGS 27  Gecomprimeerd aardgas: inpandig (vervallen)

Gecomprimeerd aardgas

Installaties voor het inpandig afleveren aan motorvoertuigen

In oktober 2009 is PGS 27 opgenomen in PGS 25. Vanaf die datum geeft PGS 25:2009 (10-2009) de meest recente stand der techniek weer.

publicaties/PGS27.html

PGS 28  Vloeibare brandstoffen in ondergrondse installaties en aflevertoestellen

Vloeibare brandstoffen in ondergrondse installaties en aflevertoestellen

Richtlijn voor het veilig opslaan en afleveren van vloeibare brandstoffen in/vanuit ondergrondse tanks en voor het veilig verwijderen van ondergrondse opslagtanks

Deze publicatie gaat in op materiaal- en constructie-eisen voor de opslag van vloeibare brandstoffen en geeft voorschriften voor het gebruik en het uitvoeren van keuringen en controles.

In december 2011 is een herziene uitgave van PGS 28 gepubliceerd.

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.

publicaties/PGS28.html

PGS 29  Brandbare vloeistoffen – Opslag in verticale cilindrische installaties

Brandbare vloeistoffen – Opslag

Richtlijn voor de veilige bovengrondse opslag van brandbare vloeistoffen in verticale cilindrische tanks

PGS 29 is van toepassing op inrichtingen met ten minste één verticale cilindrische bovengrondse stalen tank waarvan de bodem op een fundering rust. De richtlijn is van toepassing gedurende de gehele levensfase van de tank. PGS 29 geeft richtlijnen voor de arbeidsveilige, milieuveilige en brandveilige opslag.

PGS 29:2016 betreft een volledige revisie van de voorgaande PGS 29:2008. Bij veel voorschriften is nu een toelichting gegeven. In het hoofdstuk veiligheidsmanagement is nu onderscheid gemaakt tussen Brzo-inrichtingen en niet Brzo-inrichtingen. In een bijlage zijn nu de inspectie- en onderhoudsprogramma’s nader beschreven.

Na de publicatie van PGS 29:2016 versie 1.0 bleek dat deze op een aantal punten niet correct of nog niet volledig was. Veel van deze punten zijn aangepast in PGS 29:2016 versie 1.1 en er zijn nog onderwerpen geïdentificeerd die mogelijk nog verbeterd kunnen worden. Er is overeenstemming om bij de omzetting van PGS 29:2016 naar PGS nieuwe stijl deze onderwerpen nader te beschouwen om ze, indien mogelijk, nog beter te laten aansluiten op de praktijk. Begin 2017 is een lijst met deze onderwerpen worden gepubliceerd op deze website.

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.

publicaties/PGS29.html

PGS 30  Vloeibare brandstoffen in bovengrondse tank- en afleverinstallaties

Vloeibare brandstoffen in bovengrondse tank- en afleverinstallaties

Richtlijn voor het veilig vullen, opslaan, afleveren van vloeibare brandstoffen in en vanuit bovengrondse tanks en het verwijderen van bovengrondse opslagtanks

Deze publicatie is van toepassing op de druk loze, bovengrondse opslag van vloeibare brandstoffen en/of minerale olieproducten met een vlampunt van 23°C behorende tot PGS klasse 2 t.m. 4 in een of meer tanks met een opslagcapaciteit van ten hoogste 150 m3 per tank, evenals de hieraan gekoppelde afleverinstallaties voor kleinschalige aflevering.

Een herziene versie is december 2011 gepubliceerd.

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.

publicaties/PGS30.html

PGS 31  Overige gevaarlijke vloeistoffen – Opslag in tankinstallaties

Overige gevaarlijke vloeistoffen – Opslag in ondergrondse en bovengrondse tankinstallaties

Het doel van PGS 31 is het beschrijven van de stand der techniek ten aanzien van arbeidsveiligheid, milieu veiligheid en brandveiligheid voor de druk loze, bovengrondse en ondergrondse opslag van gevaarlijke vloeibare stoffen en mengsels, in één of meer tanks.

Per 28 oktober 2018 is PGS 31 gepubliceerd op 16 april 2018 vervangen door de gecorrigeerde PGS 31 1.1 versie.

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.

publicaties/PGS31.html

PGS 32  Explosieven voor civiel gebruik: bovengrondse opslag

Explosieven voor civiel gebruik: bovengrondse opslag

PGS 32 is een richtlijn voor de veilige opslag van explosieven voor civiel gebruik, inclusief de bepaling van veiligheidsafstanden. Deze publicatie bevat de stand der techniek relevant voor de bovengrondse opslag van explosieven voor civiel gebruik volgens de meest recente inzichten. PGS 32 is een kennisdocument voor overheid en bedrijfsleven. Belangrijke punten waarop PGS 32 antwoord geeft, zijn:

– eisen aan permanente opslag van explosieven met betrekking tot constructie, brandveiligheid en beveiliging;

– voorbeelden van effect beperkende maatregelen.

publicaties/PGS32.html

PGS 33-1 Afleverinstallaties van vloeibaar aardgas (LNG) voor voertuigen en werktuigen

Afleverinstallaties van vloeibaar aardgas (LNG) voor voertuigen en werktuigen

Richtlijn voor de veilige aflevering aan voertuigen en werktuigen

Vloeibaar gemaakt aardgas, Liquified Natural Gas (LNG), is een sterk opkomende brandstof voor de transportsector (zowel wegvervoer als binnenvaart) aangezien LNG een hoge energiedichtheid heeft en relatief lagere uitstoot aan luchtvervuilende stoffen.

In deze publicatie zijn richtlijnen opgenomen voor het ontwerpen, bouwen, en functioneren van LNG vulstations. Hieronder vallen onder meer de ontwerpeisen die worden gesteld aan de installatie, de toegepaste componenten en de gebruiksomstandigheden. Daarnaast zijn interne en externe risico’s en veiligheid afstanden belangrijk. Ook de bevoorrading en de daarbij behorende procedures zijn beschreven.

publicaties/PGS33-1.html

PGS 33-2 zijn aanvullende richtlijnen voor LNG bunkerstations vastgelegd.

Aardgas afleverinstallaties van vloeibaar aardgas (LNG) voor vaartuigen en drijvende werktuigen

Bunkeren van vaartuigen en drijvende werktuigen (shore to ship)

Vloeibaar gemaakt aardgas, Liquified Natural Gas (LNG), is een sterk opkomende brandstof voor de transportsector (zowel wegvervoer als binnenvaart) aangezien LNG een hoge energiedichtheid heeft en relatief lagere uitstoot aan luchtvervuilende stoffen.

In dit document zijn aanvullende voorschriften voor PGS 33-1 opgenomen voor het ontwerpen, realiseren en beheren van LNG-bunkerinstallaties op het land en op een drijvende inrichting. Hierdoor wordt een aanvaardbaar beschermingsniveau voor mens en milieu gerealiseerd. Hieronder vallen o.a. de ontwerpeisen die worden gesteld aan de installatie, de toegepaste componenten en de gebruiksomstandigheden. Daarnaast zijn interne en externe risico’s en veiligheidafstanden belangrijk.

Deze PGS moet samen met PGS 33-1 worden gelezen.

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.

PGS 33-2 Aardgas afleverinstallaties van vloeibaar aardgas (LNG) voor vaartuigen en drijvende

werktuigen.

PGS 34  Stationaire drukapparatuur met PS tot en met 0,5 bar

Stationaire drukapparatuur met PS tot en met 0,5 bar

Doelstelling van PGS 34 is het geven van voorschriften voor de borging van de technische integriteit van stationaire drukvaten, installatieleidingen, appendages, en stelsels daarvan, met een maximaal toelaatbare druk PS ≤ 0,5 bar, die aansluiten bij de eisen voor drukapparatuur met PS > 0,5 bar zoals vastgelegd in het Warenwetbesluit drukapparatuur (WBDA). Het betreft zowel nieuwbouw, ingebruikneming als de gebruiksfase.

publicaties/PGS34.html

PGS 35 Waterstofinstallaties voor het afleveren van waterstof aan voertuigen en werktuigen

Waterstofinstallaties voor het afleveren van waterstof aan voertuigen en werktuigen

Richtlijn voor de arbeidsveilige, milieuveilige en brandveilige toepassing van installaties voor het afleveren van waterstof aan voertuigen en werktuigen

Deze PGS heeft betrekking op wegvoertuigen die waterstof als brandstof gebruiken. Om de marktintroductie van dit soort wegvoertuigen mogelijk te maken gaan het Rijk, koplopers uit de gas- en auto-industrie en decentrale overheden de komende jaren kennis en ervaring opdoen met waterstofprojecten zoals de aanleg van waterstoftankstations. Het doel in deze fase van marktvoorbereiding is om randvoorwaarden te formuleren op het gebied van veiligheid, vergunningverlening en fiscaliteit en tegelijkertijd de maatschappij met waterstof als voertuigbrandstof kennis te laten maken.

Deze PGS is van toepassing op waterstofafleverinstallaties op het land, met inbegrip van de hieraan verbonden en/of hiervoor benodigde hulpapparatuur met een maximale afleverdruk van 350 bar of 700 bar gasvormig waterstof voor wegvoertuigen met Europese typegoedkeuring.

Als achtergronddocument vindt u op deze website het rapport van een door de PGS programmaraad ingestelde werkgroep. In het rapport staan de resultaten van een onderzoek naar de interne veiligheidsafstanden voor waterstoftankstations: Report: Internal Safety Distances for PGS 35.

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.

publicaties/PGS35.html

PGS 35 Hydrogen: installations for delivery of hydrogen to road vehicles

Waterstofinstallaties voor het afleveren van waterstof aan voertuigen en werktuigen

Richtlijn voor de arbeidsveilige, milieuveilige en brandveilige toepassing van installaties voor het afleveren van waterstof aan voertuigen en werktuigen

Deze PGS heeft betrekking op wegvoertuigen die waterstof als brandstof gebruiken. Om de marktintroductie van dit soort wegvoertuigen mogelijk te maken gaan het Rijk, koplopers uit de gas- en auto-industrie en decentrale overheden de komende jaren kennis en ervaring opdoen met waterstofprojecten zoals de aanleg van waterstoftankstations. Het doel in deze fase van marktvoorbereiding is om randvoorwaarden te formuleren op het gebied van veiligheid, vergunningverlening en fiscaliteit en tegelijkertijd de maatschappij met waterstof als voertuigbrandstof kennis te laten maken.

Deze PGS is van toepassing op waterstofafleverinstallaties op het land, met inbegrip van de hieraan verbonden en/of hiervoor benodigde hulpapparatuur met een maximale afleverdruk van 350 bar of 700 bar gasvormig waterstof voor wegvoertuigen met Europese typegoedkeuring.

Als achtergronddocument vindt u op deze website het rapport van een door de PGS programmaraad ingestelde werkgroep. In het rapport staan de resultaten van een onderzoek naar de interne veiligheidsafstanden voor waterstoftankstations: Report: Internal Safety Distances for PGS 35.

Achtergronddocument.pdf

Vanaf 1 april 2020 is er een concept beschikbaar dat is goedgekeurd door de PGS-Programmaraad. Deze zal samen met de Omgevingswet worden genotificeerd bij de Europese Commissie. Een definitieve versie wordt najaar 2020 verwacht.

PGS 37 Lithium-ion accu’s: opslag en buurtbatterijen

Lithium-ion accu’s: opslag en buurtbatterijen

Lithium-ion batterijen en accu’s zijn opslagmiddelen die worden gebruikt voor persoonlijke toepassingen (in telefoons, laptops, e-bikes, huishoudelijke apparatuur), in voertuigen (geheel elektrisch of hybride), voor e-schepen op de binnenvaart en in de toekomst ook de zeevaart.

De opslag van lithium-ion batterijen en accu’s neemt een grote vlucht en kent verschillende risico’s. Wat de meeste met elkaar gemeen hebben is dat zij instabiel kunnen worden bij overladen, diepontladen, hoge èn lage temperaturen en slag of stoot. Dit kan in het ergste geval leiden tot kortsluiting, thermal runaway en brand waarbij zeer giftige pyrolyseproducten vrijkomen. Bij het blussen ontstaat corrosief en giftig bluswater waarbij ingezet personeel van de brandweer, andere hulpverleners, omstanders en bewoners blootgesteld kunnen worden.

Momenteel is hier nog zeer weinig voor geregeld en is de kennis bij gebruikers beperkt. Er is daarom besloten om hier PGS-richtlijnen voor te ontwikkelen. Deze PGS-richtlijnen zullen betrekking hebben op de bedrijfsmatige opslag van lithium-ion batterijen en accu’s en op Energie Opslag Systemen (EOS) waarin grote hoeveelheden energie worden opgeslagen, ook wel ‘buurtbatterij’ genoemd.

Totdat de PGS-richtlijnen beschikbaar zijn verwijzen wij u naar onderstaande handreikingen opgesteld door de Veiligheidsregio Haaglanden en Rotterdam-Rijnmond en het LIOGS (Landelijk Informatiepunt Ongevallen Gevaarlijke Stoffen). Deze handreikingen zijn niet in PGS verband tot stand gekomen, maar zijn handig om te gebruiken zolang hier geen PGS-richtlijn of regelgeving voor beschikbaar is.

PGS Reeks Bron www.pgs.nl

Wilt u meer informatie? Neem dan contact met ons op.